Algemene inleiding
‘Shaken baby syndroom’ de medische/gerechtelijke dwaling van de 21e eeuw?
De geschiedenis leert dat medische dwalingen hardnekkig kunnen zijn. Dat gold bijvoorbeeld lang geleden voor aderlaten, recenter voor het geloof in de heilzaamheid van softenon, en heel recent inzake de veiligheid van de Diana35-pil. Er zijn meer voorbeelden van concepten over ziektes en behandelingen die later fout bleken. Op dit moment is waarschijnlijk één van de meest schrijnende medische dwalingen het concept ‘shaken-baby-syndroom’ (‘SBS’).
Het concept ‘SBS’
Baby’s in de leeftijd van nul tot zes maanden krijgen heel soms plotseling een soort wegraking waarbij de ademhaling ook lijkt te stoppen. Als er dan bij de spoedopname in het ziekenhuis wordt vaststelt dat er sprake is van één of meer van de volgende verschijnselen dan wordt al snel het etiket Shaken Baby Syndroom (SBS) geplakt. Het gaat om deze verschijnselen: bloedingen rond de hersenen, in de ogen en in de huid, fracturen van ribben of bij groeischijven van andere botten. Als de bloedingen rond de hersenen te ernstig zijn, dan overlijden deze baby’s hieraan. Meestal zijn zowel de bloedingen als de fracturen van verschillende ouderdom. De symptomen van deze afwijkingen zijn bij baby’s in hun ziektegeschiedenis voor de ‘wegraking’ vaak niet eenvoudig te onderkennen zonder hulp van technisch onderzoek (bloed, Xfoto’s en scans).
De medische veronderstelling is nu dat de baby deze letsels heeft opgelopen door heftig geschud te zijn. Uiteraard is dit nooit proefondervindelijk bewezen. Artsen waren immers nooit aanwezig bij een dergelijke veronderstelde mishandeling.
Schrijnende gevolgen
Dit onbewezen medische ‘SBS-concept’ heeft voor betrokken ouders en kinderen zeer schrijnende gevolgen. Het getroffen kind dat overleeft en een eventueel klein broertje of zusje wordt uit huis geplaatst. Eén of beide ouders of bijvoorbeeld een toevallig tijdens de wegraking aanwezige oppas-oma worden strafrechtelijk vervolgt. Langdurig voorarrest kan plaatsvinden. Soms volgt na jaren een veroordeling tot gevangenisstraf. Soms wordt de zaak na jaren geseponeerd omdat niet bewezen kan worden wie het heeft gedaan. Vaak wordt de baby in de belangrijke hechtingsfase uit huis geplaatst.
Hardnekkigheid van medische dwalingen
Het is begrijpelijk dat (forensische) artsen die meermalen hebben geoordeeld en gehandeld volgens een bepaald concept niet graag later hiervan afwijken. Dan geef je immers impliciet toe dat je het eerder fout hebt gedaan, met alle gevolgen van dien voor het betrokken gezin en voor jezelf. Bovendien plaats je jezelf buiten de gangbare medische orde en protocollen als je afwijkt van het geaccepteerde concept. Zo krijgt een aanvankelijke medische veronderstelling geleidelijk steeds meer medische autoriteit en wordt het concept als waarheid beschouwd. Het kan dan lang duren voordat nieuwe kennis die strijdig is met zo’n concept, geaccepteerd wordt.
Onvolledige kennis
De medische kennis bijvoorbeeld over (auto)-immuun reacties (een soort allergie-reactie op een vreemde prikkel zoals bijvoorbeeld een virusinfectie), is zeker bij baby’s onvolledig en aan verandering onderhevig. Hetzelfde geldt voor kennis inzake de eerste (bot)groeiprocessen en de rol van diverse vitamines en andere elementen daarbij.
We hebben tot medio 2014 vijftien als ‘SBS’ gelabelde medische dossiers onderzocht op verzoek van de ouders die van hun onschuld overtuigd waren. Wat opvalt is dat door de kinderartsen en forensisch artsen steeds wordt geoordeeld op basis van Xfoto’s, scans en bevindingen bij de lijkschouwing. De ziektegeschiedenis van de baby voor het fatale moment neemt men niet mee in de beoordeling. Hetzelfde geldt voor sommige afwijkende waardes in het bloed. Zodra de gedachte van de arts richting ‘SBS’ gaat wordt het verhaal van de ouders uiteraard niet meer gelooft. Vitamine-waardes worden niet eens bepaalt. Onderzoeken naar mogelijke bijwerkingen van medicatie of vaccinatie zijn iet aan de orde. Dit ondanks de verstrekkende gevolgen van het plakken van het ‘SBS-etiket’.
Kortom het lijkt er sterk op dat het ‘SBS-concept’ intact moet blijven met tunnelvisie als gevolg. Meer kennis over de vroege ontwikkeling en kwetsbaarheden van baby’s zou het ‘SBS-concept’ kunnen ondergraven. Er zijn wel degelijk publicaties waaruit blijkt dat auto-immuun reacties en/of vitamine-tekorten tot de beschreven bloedingen en fracturen bij baby’s kunnen leiden. De leidende medische wereld negeert dergelijke publicaties nu nog het liefst. We vonden in twaalf onderzochte dossiers, na ook uitvoerig contact met de ouders, steeds aanwijzingen die pleiten voor een medische oorzaak. Aanwijzingen die door de kinderartsen, forensisch artsen en AMK-artsen genegeerd waren.
(Straf)rechtpleging
Het Openbaar Ministerie (OM) zit klem in zo’n ‘SBS-zaak’. Veelal heeft men alleen de beschuldigende ‘SBS-veronderstelling’ van de artsen, terwijl het recherche onderzoek geen enkele aanwijzing voor kindermishandeling oplevert. Bovendien kunnen de artsen nooit precies aangeven wanneer er dan ‘geschud’ zou zijn en dus weet de Officier van Justitie (OvJ) niet op wie de verdenking moet vallen. Om toch ingrijpend onderzoek te kunnen doen is wel een verdachte nodig. Daarom wordt door de OvJ, i.o.m. de forensisch arts van het NFI vaak degene die bij het kind was toen het ‘wegraakte’ als verdachte aangemerkt.
De advocaat heeft geen medische kennis en een kritische andere medische visie is moeilijk te vinden. Wordt de ‘SBS-veronderstelling’ wel bestreden met een andere medische visie dan heeft het OM te maken met de vaste forensische artsen die om eerder genoemde redenen hun best doen om het ‘SBS-concept’ in stand te houden.
De kinderrechter en de Raad voor de kinderbescherming zitten bij de beslissingen over OTS (onder toezicht stelling) en uithuisplaatsing met dezelfde dilemma’s.
Aldus kan de medische ‘SBS-dwaling’ tot schrijnende gerechtelijke dwalingen leiden als de rechterlijke uitspraken alleen steunen op de medische ‘SBS-veronderstelling’. Dat willen wij voorkomen.